Innovatie

TEDx Brussel 2010: 5 TED-momenten

0

Op 6 december werd Brussel even de hoofdstad van nieuwe ideeën, omdat het gastheer was voor het grootste TEDx evenement ooit. De belangrijkste doeners en denkers van over de hele wereld verzamelden zich daar, waardoor TED de conferentie was waar de hele wereld het meest naar uitkeek. Ondanks zijn exclusieve karakter, stelde TED zijn inhoud (je kunt alle gesprekken online bekijken) en merken (TEDx staat voor ‘onafhankelijke georganiseerd’) open voor de rest van de wereld. In dit artikel vind je TEDx Brussel 2010 samengevat in 5 TED-momenten.

Mensen zouden niet mogen rijden en spoedig zal dat ook niet meer hoeven

We weten allemaal dat auto’s schadelijk zijn en dat hun bestuurders al even destructief kunnen zijn. Sebastian Thrun staat aan het hoofd van het Bestuurderloze Auto’s-project van Google, met als doel verkeersongevallen te helpen voorkomen, mensen meer vrije tijd te bezorgen en de koolstofuitstoot te verminderen.

Zijn filmpje over hoe de eerste wagen gebouwd werd die de DARPA Challenge uitreed, maakt veel indruk, maar zijn demo over hoe bestuurderloze auto’s vlotjes door San Francisco navigeren, blaast je simpelweg van je stoel. Wist je dat tijdens de spitsuren slechts ongeveer 8% van de wegen gebruikt wordt? Wat overblijft, is zogenaamde ‘witruimte’ tussen de wagens, een veiligheidsafstand. Wat als onze wagens bumper aan bumper zouden rijden en onmiddellijk zouden reageren op elke beweging van de wagens eromheen, terwijl je gewoon de krant aan het lezen bent?

En wat, zo stelt David Orban, als we evolueren van een cultuur van eigenaarschap naar een cultuur van toegang? Met andere woorden, wat als de auto je ’s morgens bij je werk zou afzetten en dan naar de volgende persoon zou rijden die dringend een lift nodig heeft? Dat zou het aantal geparkeerde wagens op ieder moment (96% van alle wagens!) enorm reduceren en zodoende echt de wereld veranderen. En het beste is: het gaat hier niet om fictie. Het werkt nu al! Het wordt op dit moment zelfs gebruikt door onze vrienden bij Google. Je dacht dat mensen met de Google streetview-auto rondrijden? Toch niet.

Nerds bestaan niet

David Anderegg, kinderpsycholoog, begint met een ontroerende getuigenis over Max, het jongetje wiens schoolresultaten drastisch kelderden omdat hij bang is om voor nerd uitgescholden te worden.

“Wat is een nerd eigenlijk?”, vraagt Anderegg zich af. Max: “Een nerd is iemand die alles doet wat zijn of haar ouders verlangen.” Vervolgens zet Anderegg zijn sullige brilletje met dikke glazen op en heeft het over een aantal nerd-stereotypes die dagelijks bevestigd worden door de massamedia (denk maar aan tv-programma’s als Beauty & the Nerd en the Big Bang Theory). Daar horen onder andere bij: ‘een nerd wordt gekweld door niet-nerds’ en ‘een nerd is gedoemd om eeuwig maagd te blijven’. Na deze lijst van slechte eigenschappen, volgt echter vaak: ‘een nerd is geïnteresseerd in wetenschap en technologie’.

Anderreg legt uit dat we onze kinderen vanaf een heel vroege leeftijd aanleren dat het ‘nerdy’ is om interesse te hebben in de vaardigheden die we pas in de volgende eeuw nodig hebben, wat een hele generatie van toekomstige werknemers belet om deze te ontwikkelen. Nerds bestaan enkel in de culturele wereld. Nerds zijn een stereotype, dat leidt tot anti-intellectualisme en kunnen en moeten bijgevolg veranderd worden. Maar hoe zit het met de recente opkomst van de ‘geek chic’-beweging, waarbij het een pluspunt is om er als een nerd uit te zien? Wie weet is de culturele balans alweer aan het overhellen in de richting van de herwaardering van de studiebollen, weg van de kant van het anti-intellectualisme. Hoera!

Gebruik je verstand

Tan Le gebruikt Stromae als proefkonijn om haar baanbrekende hersencomputer te demonstreren, die officieel ‘epoc’ heet, maar door de meesten de ‘helm van God’ genoemd wordt. Ingeplugd in zijn helm heeft Stromae slechts één korte trainingssessie nodig voor hij een virtuele doos tot vlak bij zich trekt, enkel door zijn creatieve geest te gebruiken. Tan Le elimineert de tussenpersoon tussen intentie en instructie door een aantal eenvoudige lokalisatieprincipes in de hersenen te gebruiken. De hersenen zenden elektrische prikkels uit, die gelokaliseerd en gevat kunnen worden. Als de positie van een bepaalde gedachte gekend is (bijvoorbeeld ‘trekken’), dan kun je handelingen uitvoeren (iets voorttrekken), die gebaseerd zijn op de elektrische lading opgewekt puur door eraan te denken. Het klinkt eenvoudig, maar het is allesbehalve makkelijk om dit voor elkaar te krijgen.

Terwijl Tan Le haar monoloog aan het afsluiten is, dwalen onze gedachten af naar een verre toekomst, die ineens heel dichtbij lijkt. Wat als we ons computerscherm zouden kunnen bedienen met onze handen op de rug? Wat voor invloed zou dat hebben op ons werk? Op computergames? Wat voor invloed zou het hebben op de interactie in sociale media? Zouden mindervalide personen zich hierdoor weer vrij kunnen bewegen? De werking van het systeem lijkt echter vooral gebaseerd te zijn op de gebieden waar de motorische vaardigheden (beweging), gezichtsexpressies en bepaalde emoties liggen. Als je eraan dacht om je geniale ideeën rechtstreeks op het scherm te toveren, zul je ontgoocheld zijn.

De preek van een bekeerde priester

In een vorig leven was Marc Luyckx Gishi bisschop in het Vaticaan, maar nu slaagt hij erin om een van de meest vernieuwende perspectieven te bieden over wat de toekomst in petto heeft. Hij spreekt heel gepassioneerd over de postkapitalistische maatschappij, een maatschappij waarin de hersenen het belangrijkste productiewerktuig zijn en waarin het creëren van waarde uitgedrukt wordt via de volgende formule: kennis x kennis = waarde. Om de kennisstroom binnen netwerken te doen vloeien, is er een vlakke structuur en menselijk management nodig. Zijn meest memorable quote heeft hij geleend van Einstein: “Je kan problemen niet oplossen op hetzelfde bewustzijnsniveau dat ze heeft veroorzaakt.” Hij verlaat het podium onder een staande ovatie van het publiek in de Bozar. Deze man is werkelijk ‘de wasabi op de sushi’, om het met de woorden van Walter de Brouwer te zeggen.

One Laptop per child

Nicholas Negroponte begint zijn lezing met de vraag die hij zich elke dag stelt: “Zal wat ik vandaag ga doen, tot stand komen door de normale wetten van de markt? Als het antwoord ja is, stop ik er onmiddellijk mee.” De armste kinderen in de wereld van een laptop voorzien, gebeurt zeker niet zonder hem. Negroponte toont hoe 2 miljoen OLPC-laptops in de verste uithoeken van de wereld enorme educatieve mogelijkheden creëren voor de armste kinderen ter wereld. De laptops hebben ongeveer de grootte van een klein handboek, hebben ingebouwde WiFi en een uniek scherm, dat leesbaar is in direct zonlicht. Negropontes favoriete deel van zijn presentatie is het moment waarop hij de laptop tegen de grond kwakt om de robuustheid ervan te bewijzen.

One Laptop per Child (OLPC) brengt niet alleen een opmerkelijke technologische vernieuwing, maar – nog belangrijker – het brengt tevens educatieve innovatie. De OLPC-laptop laat toe dat de opleiding verschuift van een model dat uitgaat van de leraar naar een model dat uitgaat van het kind. De kinderen hebben de laptops en leren de volwassenen hoe ze te gebruiken. Het zijn de kinderen die toegang hebben tot de online kennis. Het zijn de kinderen die de meest landelijke gebieden in verbinding brengen met de rest van de wereld. Ironisch genoeg zien de Westerse landen computers nog steeds eerder als een bron van afleiding dan als een bron van studie. Walter Bender, voormalig CTO van OLPC, wijst er bovendien op dat samenwerking overal aangemoedigd wordt, behalve in het klaslokaal, want daar wordt het als spieken beschouwd. Kort samengevat toont OLPC aan dat kinderen het voorwerp van verandering kunnen worden in plaats van het onderwerp van verandering.

TED onwaardig

5 TED-momenten, ik denk niet dat ik er vergeten ben (TED-momenten vergeet je nu eenmaal niet). Is 5 veel? Toegegeven, TEDx heeft meer ideeën en verrassingen naar voor gebracht dan een doorsnee dag op kantoor, maar onze eerste verwachtingen lagen nog hoger. Eén lezing was echter ongetwijfeld het niveau van TED onwaardig. In haar ‘intentie-experiment’ vroeg Lynne McTaggart ons, rationele wezens met een voorkeur voor harde wetenschap, te geloven dat we water kunnen zuiveren en mensen genezen door ‘goede bedoelingen uit te zenden’. Niet dat we er iets tegen hebben om te proberen een collega uit het TED-publiek te genezen, maar handjes vasthouden en goede bedoelingen uitzenden is zeker niet de juiste aanpak. Deze lezing was al even gepast als een expert in homeopathie die zijn producten aan de man brengt op een farmaceutisch congres. Als goede bedoelingen de wereld konden redden, zou deze conferentie overbodig geweest zijn.

Korte conclusie

De ultieme TED-ervaring is samen een ‘TED-moment’ beleven, waarbij ideeën seks hebben en nieuwe ideeën geboren worden. Op 6 december verloren we onze TED-maagdelijkheid, maar we verlangen nog steeds naar seks … tussen ideeën, welteverstaan.