Innovatie

Slacktivisme: online is iedereen activist!

0

Een sterk opkomende trend in het digitale universum is laagdrempelig online activisme, ook wel slacktivisme genoemd. Een slacktivist is eigenlijk een luie activist: hij heeft wel een opinie, bijvoorbeeld over duurzaamheid of mensenrechten, maar komt niet echt in actie (Van den Broek & Langley, 2010). Hoewel de term ‘slacktivist’ wat denigrerend overkomt, blijkt deze groep consumenten verrassend veel invloed te hebben. Zonder dat ze van hun luie stoel hoeven op te staan krijgen de slacktivisten bedrijven op de knieën en bepalen ze de politieke agenda.

Avaaz: een krachtig voorbeeld

Een sprekend voorbeeld van slacktivisme is de in 2007 opgerichte website Avaaz.org, die dient als een platform voor online activisme. Internetgebruikers kunnen er petities ondertekenen, kleine bedragen doneren of bijvoorbeeld e-mails sturen. De kracht achter initiatieven als Avaaz is het bundelen van kleine online acties tot een grote massa: “Our model of internet organising allows thousands of individual efforts, however small, to be rapidly combined into a powerful collective force”. Kortom, massa is macht!

De online massa kan flink oplopen: anno 2011 heeft Avaaz meer dan 6,5 miljoen slacktivisten in dienst. Recent liet deze groep zijn tanden zien: 1,2 miljoen Europese burgers tekenden de petitie tegen het versoepelen van Europese beperkingen voor genetisch gemodificeerd voedsel. Dit aantal handtekeningen is voldoende om aanspraak te maken op het nieuwe Europees Burgerinitiatief. Op 9 december 2010 bood Avaaz alle digitale handtekeningen aan bij de Europese Commissie, om de gevaren van genetisch gemodificeerd voedsel te agenderen in Europa.

Het Europees Burgerinitiatief houdt in dat iedereen met een miljoen handtekeningen van onderdanen uit een ‘significant’ aantal EU-landen de Europese Commissie kan verzoeken om wetgevingsvoorstellen in te dienen op gebieden waarvoor de EU bevoegd is. Het is echter nog de vraag of de Europese Commissie ingaat op de petitie, want op 9 december was het Europees Burgerinitiatief nog niet aangenomen. Uitsluitsel over de legitimiteit van de Avaaz-petitie volgt in april 2011.

Wat maakt Avaaz zo succesvol?

Er zijn drie aspecten die zorgen voor massa en participatie van internetgebruikers:

  1. Eenvoudige participatie: de opzet van de website maakt het erg makkelijk om mee te doen. Internetgebruikers hoeven slechts enkele velden en een minimum aan persoonlijke gegevens in te vullen.
  2. Delen met je sociaal netwerk: de website biedt vele mogelijkheden om een actie te delen met vrienden: kant-en-klare e-mails, Twitter of Facebook berichten en links voor op je eigen website of instant messaging (bijvoorbeeld MSN). Daardoor kunnen online acties van Avaaz zich als een olievlek verspreiden.
  3. Bewijs van impact en doelen stellen: de websites bieden bewijs van de impact van voorgaande acties en laten de voortgang zien van huidige acties. Daarnaast worden er doelen gesteld, bijvoorbeeld: op naar 1,5 miljoen handtekeningen!

Let op de slack attack!

Initiatieven als Avaaz krijgen steeds meer kans om grote aantallen achter zich te krijgen. Voor het eerst besteden Nederlanders meer tijd op het internet dan voor de buis (van Deursen & van Dijk, 2010). Dit betekent dat steeds meer mensen hun meningen online zullen uiten en delen via sociale media. Hierdoor worden de gangbare marktinteracties verstoord. De belangrijkste stakeholders, zie de figuur, moeten allemaal rekening houden met de impact van slacktivisme.

  • Bedrijven in hun product- en dienstontwikkeling, doordat zij te maken krijgen met grote aantallen consumenten die zich aansluiten bij een pressiegroep. Een actueel voorbeeld is de campagne van Greenpeace tegen de bouw van twee kolencentrales in de Eemshaven. Op de website www.greenpeace.nl/stop-nuon-en-essent zijn nepreclames te zien die de milieuprestaties van Nuon en Essent aan de kaak stellen en het standpunt van Greenpeace duidelijk maken. In de eerste weken van deze actie keken tientallen duizenden Nederlanders naar deze filmpjes.
  • De overheid in haar beleid en burgercommunicatie, doordat met de opkomst van online slacktivisme willekeurige groepen het beleid kunnen verstoren. Het meer beruchte voorbeeld hiervan in Nederland is de campagne tégen de HPV-vaccinatie voor tienermeisjes, waartegen bezorgde moeders in samenwerking met de Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken actie hebben gevoerd via het internet en sociale media, zoals Hyves en Twitter. Ze hebben ouders opgeroepen om hun dochters niet zomaar te laten inenten. En met succes: minder dan de helft van de opgeroepen meisjes liet zich vaccineren, terwijl de overheid met onmacht toekeek.
  • Ook NGO’s (non-gouvernementele organisaties) en Sociale bewegingen merken dat de traditionele werving van een achterban heel snel achterhaald worden. Geen deur-tot-deur verzameling van handtekeningen kan het opnemen tegen de schaalgrootte die te behalen is via het internet, zoals Avaaz of Greenpeace dat doet.
  • En ten slotte de consumenten en burgers, druk bezig met hun werk, hobby’s en sociale activiteiten. Zij vormen de kern van slacktivisme. Online acties hebben niet langer het karakter van onbetrouwbare kettingbrieven zonder effect, maar zijn door het gebruik van sociale media uitnodigend, lijken betrouwbaar en tonen de macht van de gewone mens.

Conclusie

Kortom, we moeten ons realiseren dat online slacktivisme, als nieuwe vorm van people power, nog heel nieuw is en in de komende jaren veel meer invloed gaat hebben. De opkomst van slacktivisme ‘apps’ verplaatst online activisme naar de broekzak van de consument. Hoog tijd dus voor alle betrokkenen om actie te ondernemen.