Waarom geld verdienen aan digitale toegankelijkheid juist wél ethisch is

Overheden en publieke instellingen voldoen inmiddels grotendeels aan de European Accessibility Act. Maar veel bedrijven blijven achter. En dat is niet alleen jammer vanuit maatschappelijk oogpunt, het kost ze ook gewoon omzet. Want mensen met een beperking willen net zo goed producten kopen, diensten afnemen en hun geld uitgeven. Alleen is dat op veel websites nog altijd lastig, of zelfs onmogelijk.
Ik groeide op in de jaren tachtig, in het dorpje Grave in het oosten van Nederland. Daar stond een van de oudste instituten voor blinden van het land, opgericht in 1859. Blinde kinderen leerden er lopen in het dorp, deden mee op school en waren volledig deel van het dorpsleven. Niemand keek daar vreemd van op. Inclusie was daar geen beleid, maar dagelijkse realiteit. Iedereen deed gewoon mee.
Tegenwoordig speelt een groot deel van ons leven zich online af. Voor mensen met een beperking – in Europa zo’n 87 miljoen mensen, oftewel 1 op de 5 – is die digitale wereld vaak minder goed toegankelijk. Daardoor lopen zij extra risico om buitengesloten te worden van informatie, communicatie, werk, zorg en consumptie. Daarom is er nu de European Accessibility Act. Vanaf 28 juni 2025 worden digitale producten en diensten, zoals webshops, mobiele apps, e-books, en ticketverkoop platforms, verplicht toegankelijk. Lokale overheden en publieke instellingen nemen daarin hun verantwoordelijkheid.
Veel webshops en bedrijven doen dat nog niet, en dat is zonde. Want door je website toegankelijk te maken voor een op de vijf mensen, vergroot je je potentiële markt direct met 25 procent.
Toegankelijkheid is gewoon goed zakendoen
Digitale toegankelijkheid wordt vaak gezien als iets wat ‘moet’ vanwege wetgeving. Maar volgens Thuiswinkel.org lopen Nederlandse webshops hierdoor elk jaar zo’n €4,2 miljard aan omzet mis. Veel sites zijn niet goed bruikbaar voor mensen met een beperking. Dat zijn 4,5 miljoen Nederlanders die graag hadden besteld, maar zijn afgehaakt. Voor deze doelgroep zijn prijs, product en merkvoorkeur niet leidend, maar toegankelijkheid. Kun je de bestelling wel afronden?
De winst van toegankelijkheid zit niet alleen in bereik, maar ook in effectiviteit. Deze tekst is bijvoorbeeld geschreven op B2-niveau: professioneel en toch goed leesbaar. Niet alleen fijn voor Frankwatching-lezers met een cognitieve beperking, maar eigenlijk voor iedereen. En dat zie je terug in de cijfers. Websites die toegankelijk zijn zien tot wel 20–30% hogere conversies en 18% meer verkeer volgens Forbes. Toegankelijkheid is niet iets dat je afvinkt omdat het moet. Idealiter is het een vast onderdeel van je digitale strategie, net zo vanzelfsprekend als SEO of branding.
Meten is weten
Toegankelijkheid verbeteren begint met het wegnemen van digitale drempels. Denk aan goed contrast, duidelijke koppen, alternatieve teksten bij afbeeldingen, en navigatie via toetsen. Dat zijn vaak geen grote ingrepen, maar je moet ze wel doorvoeren op alle niveaus van je organisatie. Tooling zoals Acquia Optimize helpen daarbij. Deze praktische tool controleert dagelijks je website op prestaties, toegankelijkheid en naleving van regels. Je krijgt concrete verbeterpunten zodat je direct kunt bijsturen.
Daarna wil je natuurlijk weten of je aanpassingen ook echt iets opleveren. Worden formulieren vaker ingevuld? Werkt de checkout beter? Blijven bezoekers langer op je pagina’s? Met digitale analysetools zoals Piwik PRO kun je dat meten zonder dat je inlevert op privacy. Je ziet in de data niet direct of iemand bijvoorbeeld hoog contrast inschakelt of een voorleesfunctie gebruikt. Maar je kunt wél gedrag meten dat daarop wijst, zoals langere leestijd of minder snel scrollen. En dat is waardevol: het maakt het makkelijker om keuzes te verantwoorden. Scrollen mensen verder? Komen bepaalde groepen vaker terug? Door datagedreven te werken kun je nagaan of je écht drempels wegneemt. Zo wordt toegankelijkheid niet alleen inzichtelijk, maar kun je ook actief sturen.
Echt werk maken van toegankelijkheid? Download het gratis Web Accessibility Handbook. Praktisch, per rol uitgelegd en direct toepasbaar.
De doelgroep blijft groeien
Tussen de 40 en 50% van de bevolking krijgt vanaf 45 jaar te maken met leeftijdsgebonden beperkingen. Denk aan slechter zicht, gehoorverlies of verminderde motoriek – allemaal zaken die van invloed zijn op hoe toegankelijk een website is. Maar ook jongere doelgroepen kunnen al tegen beperkingen aanlopen. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat langdurig gebruik van noise cancelling headphones het gehoor kan verslechteren. Je hersenen raken minder gewend aan het filteren van geluid, wat op termijn kan leiden tot overgevoeligheid en focusproblemen: hyperacusis. En dat heeft impact op hoe websites met geluid en video worden ervaren. In Nederland heeft zo’n 3% van de bevolking daarmee te maken.
Voor mij kreeg dit onderwerp een persoonlijke lading. Een paar jaar geleden dacht ik nog dat mijn ogen gewoon wat vermoeid waren. Maar na twee operaties bleef ik achter met 70% zichtverlies aan één kant. Sinds kort draag ik ook gehoorapparaten. Dat veranderde letterlijk mijn perspectief. De opwaardeerzuil van de NS is ineens lastig te bedienen. En Apple’s strakke design laat me in de steek als ik het scherm op 125% vergroot om mails beter te kunnen lezen: elementen lopen door elkaar heen. Als ik op een website de inlogknop niet kan vinden of een formulier niet kan afronden, denk ik vaak: ik wil gewoon klant zijn. Maak het alsjeblieft niet zo ingewikkeld.
AI als interface
Lang lag de focus van toegankelijkheid op overheidswebsites. Maar die tijd is voorbij. Ook B2B- en B2C-platforms moeten nu de stap zetten. Niet alleen omdat het moet van de Accessibility Act, maar omdat het loont. De crux? Toegankelijkheid draait niet alleen om kleuren, knoppen en contrast. De echte drempels zitten vaak dieper: complexe handelingen, onlogische stappen, of processen die veel vragen van je zicht of denkvermogen. Denk aan een verzekering afsluiten, een reis boeken of simpelweg inloggen. Uiteindelijk gaat het niet om hóe iemand iets doet, maar of iemand goed geïnformeerd en zonder gedoe de juiste stappen kan zetten. Dankzij AI kun je de interface nu afstemmen op de gebruiker – niet andersom.
Captcha’s zijn daar een sprekend voorbeeld van. Ze waren ooit bedoeld om bots te weren, maar vormden jarenlang een blokkade voor mensen met een beperking. Inmiddels gebruiken veel van hen AI-tools om deze visuele tests automatisch op te lossen. Ironisch genoeg helpt AI nu om te bewijzen dat ze mens zijn. Ook complexe klantreizen worden eenvoudiger met slimme AI-assistentie. AI kan afbeeldingen beschrijven, teksten vereenvoudigen, je stap voor stap begeleiden bij een taak of visuele onderdelen omzetten in tekst of spraak. Visuele stappen worden een dialoog, lange formulieren worden uitgelegd in begrijpelijke taal, en onduidelijke schermen worden vertaald naar heldere instructies.
Toegankelijkheid draait uiteindelijk niet alleen om techniek, maar ook om vertrouwen. Voelt een gebruiker zich zeker genoeg om de digitale reis aan te gaan – net zoals je zonder zorgen de trein pakt van Den Helder naar Maastricht? Dát is het verschil in de dagelijkse praktijk van mensen met een beperking. En daar mag je gerust aan verdienen.
Over dit artikel
Dit artikel is geschreven door We Are North, Acquia Optimize-partner in de Benelux. Het maakt deel uit van onze bewustwordingscampagne rond toegankelijkheid, waarin we echte ervaringen uit het dagelijks leven centraal stellen om inclusieve digitale oplossingen te inspireren.