Verdieping

Hé designer, leer eens van deze fouten

0

Column – Niets blijft beter hangen dan als je het zelf ontdekt hebt. Ervaring is de beste leermeester. Zeker, maar het kan ook een strenge leermeester zijn. Hoeveel fouten wil je maken die anderen ook al eens gemaakt hebben? Zou het niet lekker zijn wanneer iemand zijn ervaringen met je deelt en daarmee jou en je designcarrière kan helpen? Zodat deze persoon je kan behoeden om niet in dezelfde valkuil te trappen. Okay, van tegenslagen word je sterker, maar het kan geen kwaad om, ongevraagd, advies te krijgen van iemand die het klappen van de zweep kent… Toch?!

De eerste 15 jaar van mijn designcarrière werkte ik bij verschillende design– en webbureaus. Daar had ik de constante achtervang van de Creative Directors, die er veelal ongemerkt — maar soms ook zeer duidelijk! — voor zorgden dat ik niet verdronk in een designproject. Toen ik voor mezelf begon had ik deze life savers niet meer. Ik moest er zelf maar voor zorgen dat ik boven water bleef. Een aantal ervaringen die ik tijdens bijna 8 jaar self-employed zijn opdeed, wil ik graag met je delen. Doe ermee wat je wil…

Wees bewust van je eigen designstereotype

Als eerste (en sorry dat ik het moet zeggen) zijn wij als designers ook een ‘typetje’. In die zwarte outfit, met dat kekke brilletje… Of je nu wil of niet. We hebben een reputatie opgebouwd als eigenwijze, verwende lastpakken. Bemoeials. Betweters. Totdat je opdrachtgever je beter leert kennen, zit je met deze emotionele bagage (van iemand anders natuurlijk). Ze kennen je nog niet, dus uiteindelijk zul je het tegendeel moeten bewijzen…

Mijn advies

Dus, wees dus niet zo’n designertypetje. Wees benaderbaar, redelijk en zelfverzekerd (in die volgorde). Maak jouw standpunt zo duidelijk mogelijk en ondersteun dit met gedegen onderzoek en designprocessen. Geef het gewoon toe als je een keer ongelijk hebt (diep in je hart weet je heus wel wanneer dit is, Pinokkio!). Aan het sluiten van een compromis is overigens ook nog nooit iemand doodgegaan…

Niet alle projecten zijn de kers op de taart

Als beginnend designer heb je wellicht nog grootse dromen. De wereld ligt aan je voeten. The sky is the limit. Want tijdens je opleiding ‘kon alles’ en design zat gewoon ‘in de muren’. Helaas is de realiteit iets anders… In de praktijk ben je als designer niet zo vrij. Je hebt te maken met restricties; wensen, eisen en randvoorwaarden. Je komt soms in situaties waarin je designkeuzes moet maken die je liever niet maakte. Je komt waarschijnlijk in tijdnood. Waarschijnlijk is het budget eerder op dan verwacht. Soms voelt het alsof je handen gebonden zijn. Design gaat over het sluiten van compromissen en het zo goed mogelijk, creatief omgaan met de gegeven restricties.

Mijn advies

Maak jezelf niet gek door iedere dag top notch designwerk af te willen leveren. Door iedere dag in de top van de Eredivisie te willen spelen. Meet je succes over een langere periode. Zoals het Nieuw-Hollands spreekwoord luidt: ‘Een olifant eet je ook niet in één keer op’.

Tuurlijk, in het begin van je designcarriére bevat je portfolio mogelijk een paar ‘niet zo goede’ projecten, maar blijf vooral doorgaan. Uiteindelijk bestaat je portfolio uit projecten waar je echt trots op bent. Stap voor stap.

Opdrachtgevers zijn niet geïnteresseerd in jouw designproces

Als designer sta je op met designprocessen en ga je er weer mee naar bed. Maar er zijn ook nog normale mensen — zoals je opdrachtgever, die alleen maar waarde hechten aan het eindresultaat. Helaas, maar waar. Veel van je opdrachtgevers hebben helemaal niets met het designproces — ze kijken je glazig aan als je begint over concepting, workflows of iteraties. Frustrerend. Zeker. Maar dat betekent overigens niet dat het designproces overbodig is, of dat je opdrachtgever nooit de waarde van het designproces zal begrijpen en waarderen.

Mijn advies

Ga geen discussie aan over (de waarde van) je designproces, om te proberen je opdrachtgever van het nut te overtuigen. Toon in het begin van de samenwerking eerst je eindresultaten, en pas later de weg hiernaartoe. Na verloop van tijd krijg je vanzelf bewijsvoering waarom je ontwerpen zo goed zijn —namelijk dankzij je gedegen designproces. Je opdrachtgever zal meer en meer begrip krijgen. Tot die tijd? Wees geduldig en volhardend!

Opdrachtgevers zien design als een eindproduct

Er zijn maar weinig opdrachtgevers die echt begrijpen wat jij als designer doet. Laat staan hoe je het doet. Voor een opdrachtgever staat design voor de jpg-plaatjes die je maakt. Misschien zegt hij wel ‘UX’ maar bedoelt hij gewoon de kleuren en de fonts. Het ontbreekt hem aan de onderliggende designconcepten en -methodieken. En als hij al (denkt te) weten wat hij nodig heeft, mist hij vaak het designvocabulaire om het je uit te leggen. Hij mist het bredere perspectief van ‘design als een probleemoplossend proces’. Probeer je vak maar eens uit te leggen aan oma op een manier dat zij jouw werk kan doorvertellen aan haar vriendinnen.

Mijn advies

Verander de context. Als je opdrachtgever zich niet in jouw designwereld bevindt (meestal niet!), verplaats je dan in zijn wereld. Bekijk het eens van de andere kant. Leer over zijn expertisegebied, zodat je zijn taal kunt spreken. Zodat je analogieën kunt maken met zijn werk. Zijn begrip zal groeien — en het jouwe ook!

Wees voorzichtig met feedback

Niemand vindt het leuk als eigen werk bekritiseerd wordt, maar ondertussen ben je er als designer waarschijnlijk (ongemerkt) best goed in geworden. Tijdens je opleiding wordt je getraind om (objectieve, opbouwende) kritiek te geven, én te accepteren. Maar niet iedereen heeft geleerd om te geven én te nemen… Opdrachtgevers en de mensen waar je mee samenwerkt zijn doorgaans niet zo goed in het ontvangen van feedback. Ze kunnen het waarschijnlijk wel geven, maar niet accepteren.

Mijn advies

Jammer jôh; even slikken en weer doorgaan. Feedback maakt nu eenmaal deel uit van je werk, ook al voelt het alsof van één kant komt. Loopt het stroef? Voelt de ander zich aangevallen? Het is eenvoudig om je aan wennen dat je zinnen beginnen met “Heb je erover nagedacht…”, of “Ik ben benieuwd of…”. Oh ja, en in de prullenbak met je stopwoordje “Ja, maar…”. Gebruik voortaan “Ja, en…”. Small step for a man, one giant leap for mankind…

Zonder eigenwaarde geen meerwaarde

Ja, het is waar; de klant heeft altijd gelijk. Maar dat betekent niet dat je zomaar over je heen moet laten lopen. Dat je maar steeds toe moet geven aan de grillen van de opdrachtgever. Je moet voor jezelf opkomen. Als je niet de juiste designbrief of input krijgt, moet je er zelf om vragen. Vooraf. Niet achteraf klagen.

Belangrijk; je moet ook eerlijk worden betaald voor je werk! Compensatie blijft een lastig onderwerp en niet iedereen praat er graag over, maar door gesprekken hierover uit de weg te gaan, blijf je langer water en droog brood eten dan nodig is. Verder het is goed om je grenzen te stellen — maak een goede planning en vraag (eis!) je opdrachtgever dat ook hij zich hieraan houdt. Niets zo frustrerend als een nacht doorhalen om de afgesproken deadline te halen en dan ontdekken dat de opdrachtgever een week op vakantie is…

Mijn advies

Geloof in je eigen kunnen en vertrouw erop dat met ieder project dat je afrondt, je weer meer ervaring hebt opgedaan. Of het nu een succesvol project was, of niet. Je groeit als designer en als persoon. Blijf praten met je opdrachtgevers en eventuele collega’s over wat er van je wordt verwacht. Vraag om feedback en ontdek je sterke en zwakke punten.

Onderaan de streep

Het beste advies dat ik je kan geven is: blijf trouw aan jezelf. Ontdek wat belangrijk voor je is en hou daaraan vast. Zelfverzekerd, maar niet arrogant. Doortastend, maar niet kortzichtig. Als designer heb een zekere gave om ‘problemen’ op een andere manier te bekijken en op te lossen, maar blijf met beide benen op de grond — want daar staat tenslotte de opdrachtgever. Blijf samenwerken.

En dat schouderklopje? Die positieve review? Die zijn dun gezaaid. Wen er maar aan. Ontwikkel een ‘dikke huid’; een project waar jij trots op bent is voor een opdrachtgever, sorry, slechts een onderdeel van zijn bedrijfsvoering. En, onder aan de streep, serieus, waarvoor doen we nu eigenlijk wat we doen? Juist, to make the world a better place.