Inspiratie

Dit zijn de nieuwste innovaties uit de auto-industrie

0

Gaat het om innovaties in de auto-industrie, dan gaat het tegenwoordig over ‘eascy’. De nieuwe afkorting heeft binnen korte tijd de berichtgeving overgenomen en vat samen welke 5 ontwikkelingen tot 2030 centraal staan binnen deze industrie. Eascy hebben we te danken aan het rapport van PwC, maar wat betekent dit concreet voor de Nederlandse automobilist? En wat doet de Nederlandse overheid eigenlijk binnen dit kader?


Eascy staat voor elektrisch, autonoom, shared, connected en jaarlijks bijgewerkt. Dit zijn (volgens PwC) dé 5 ontwikkelingen die belangrijk zijn in de auto-industrie tot 2030. Samengevat betekent eascy dat we meer elektrisch gaan rijden, auto’s delen met meerdere gebruikers en dat de auto steeds meer handelingen zelf gaat verrichten tijdens het rijden.

Elektrisch rijden

De elektrische auto staat op een voetstuk en met de huidige ontwikkelingen kan het bijzonder snel gaan met het elektrisch rijden. Maar er zijn nog genoeg hindernissen die moeten worden overwonnen. Zo zit de gemiddelde Nederlander nog niet echt te wachten op de elektrische auto. Het bereik is te beperkt en de aanschafkosten zijn simpelweg te hoog voor de doorsnee automobilist. Dit zijn 2 punten waar de auto-industrie aan moet werken om het elektrisch rijden écht populair te maken bij de eindgebruiker.

Autonoom

Autonoom staat voor 2 aparte ontwikkelingen binnen het rapport. Het gaat hier in eerste instantie om het autonoom produceren van auto’s (lees: zonder menselijke tussenkomst). Het tweede deel gaat (uiteraard) om de zelfrijdende auto. De kans dat de auto-industrie dit voor elkaar krijgt vóór 2030 is overigens klein.

Bij autonomie binnen de auto-industrie wordt de zelfstandigheid uitgedrukt in cijfers. Een klasse 1 is nagenoeg niet autonoom, een klasse 5 is volledig autonoom. Audi wil in 2021 een volledig autonome (klasse 5) auto op de markt zetten, Tesla heeft soortgelijke ambities, maar zo ver zijn we nog lang niet.

De nieuwe Audi A8 haalt een klasse 3 (alleen in bepaalde omstandigheden autonoom). De Audi Aicon, nu nog een conceptmodel, moet volledig autonoom zijn – maar het is niet duidelijk wanneer deze op de markt gebracht kan worden. Ook omdat de wetgeving er nog niet klaar voor is en zulke voertuigen niet eens verzekerd kunnen worden. Er bestaat nog geen polis voor namelijk.

Shared

Shared staat binnen eascy voor het delen van voertuigen vanuit beheerde wagenparken. Door een wagenpark professioneel te managen, kunnen de auto’s optimaal ingezet worden door verschillende gebruikers. Dit zorgt ervoor dat er minder auto’s geproduceerd hoeven te worden. Het zorgt er direct ook voor dat het autorijden ook mogelijk wordt met een kleiner budget.

Connected – altijd verbonden met… alles

Verbonden zijn is belangrijk tegenwoordig. Straks kan dat ook in de auto. Eascy legt de nadruk op de communicatie tussen verschillende auto’s in het verkeer én de communicatie tussen de automobilist en de buitenwereld.

Dit is natuurlijk geen nieuwe ontwikkeling. Er wordt steeds meer gedaan om verbindingen en connecties te verbeteren. Denk aan de Skypeversie voor Volvorijders die ook in de file moeten kunnen vergaderen.

Dit gaat in de toekomst natuurlijk veel verder. Verschillende blockchainontwikkelaars (waaronder voornamelijk IOTA) zijn aan het werk met het realtime delen van data. Zo kunnen auto’s onderling informatie uitwisselen, kan de actuele file-informatie op de voorruit geprojecteerd worden en past het navigatiesysteem tijdens het rijden de route aan wanneer bepaalde parameters veranderd zijn.

Jaarlijks bijgewerkt

De auto die steeds meer gaat doen, die functies van de bestuurder overneemt én die moet communiceren met andere voertuigen in het verkeer en de buitenwereld. Dit betekent veel software en hardware en die componenten moeten op tijd bijgewerkt worden zodat alles optimaal blijft werken.

Ook hier ziet het rapport van PwC verschillende interessante mogelijkheden. Het jaarlijks bijwerken van de hard- en software is namelijk ook bedoeld om de instellingen van gedeelde wagenparken aan te passen zodat deze beter overeenkomen met de wensen van de gebruikers.

Nederland wil de eascy-kar graag trekken

Nederland wil graag een voortrekkersrol innemen bij de ontwikkelingen. Niet direct op het gebied van eascy zelf. De overheid stelde al een beleid op voordat het rapport van PwC uitgebracht werd en de afkorting in de mode kwam. Nederland wil als testland dienstdoen waar nieuwe ontwikkelingen getest en ontwikkeld kunnen worden.

De overheid wil bedrijven aantrekken die zich bezighouden met het ontwikkelen van zelfrijdende auto’s en alles wat hierbij komt kijken (denk aan sensoren, onderdelen, applicaties, databeheer). In dit kader is er direct ruimte voor het elektrisch rijden, mogelijkheden voor buitenlandse bedrijven.

Nederland zet overigens al langer in op duurzaam en slim rijden om zo de uitstoot te reduceren. Dat moet de overheid ook wel. Wanneer het van de CO2-uitstotende voertuigen af wil, moet het kabinet ervoor zorgen dat er aantrekkelijke alternatieven komen – waar de consument uiteindelijk profijt van kan trekken.

Wat mogen we verwachten van de auto-industrie?

Wanneer het gaat om ontwikkelingen die gepland staan tot 2030, dan is het interessant om te zien waar nu al aan gewerkt wordt. Het head-up display is in dat opzicht een interessant onderwerp omdat de voorruit veel functies over zal nemen. Grote kans dat we straks zonder dashboard rijden omdat alle gegevens op de voorruit komen te staan.

Verder wordt er druk gewerkt aan onderdelen die energie om kunnen zetten in spanning. Om bijvoorbeeld de accu van de elektrische auto op te laden, of een ‘ademende autoband‘. En er zijn plannen om meer elektrische auto’s op de markt te brengen. Met een betere reikwijdte en een breder prijssegment wordt het voor de consument in ieder geval al aantrekkelijker om de alternatieven te bekijken.

De ontwikkelingen binnen de auto-industrie zijn interessant, maar we mogen niet vergeten dat dit niet de enige plek is waar ontwikkelingen nodig zijn om eascy mogelijk te maken. Verzekeraars, overheden en experts op het gebied van infrastructuur moeten de armen uit de mouwen steken. Zij moeten de praktische invulling van de ontwikkelingen ook mogelijk maken. Anders komen we nooit verder dan een conceptauto.