How to

Faillissement & reputatieschade: dit doe je tegen online publicaties

0

Voor iedere ondernemer is een faillissement een grote nachtmerrie en iets wat je te allen tijden wil voorkomen. Helaas lukt dat niet altijd. Voor en zelfs na de beëindiging van een faillissement kunnen ondernemers online op negatieve wijze met het faillissement geconfronteerd worden. Bijvoorbeeld in de zoekresultaten voor hun (bedrijfs)naam. Wat kun je daartegen doen?

Hulp van de AVG

Informatie over een al dan niet beëindigd faillissement komt de reputatie van een ondernemer over het algemeen niet ten goede. Een faillissement wekt bij klanten en andere internetgebruikers vaak de indruk dat de ondernemer slecht is in zijn vak. Een faillissementspublicatie kan leiden tot het verlies van klanten en daarmee mogelijk verlies van inkomen. Bovendien blijft de informatie in beginsel oneindig toegankelijk voor alle internetgebruikers. Zelfs jaren na je faillissement kun je zodoende nog met dit faillissement geconfronteerd worden. Gelukkig is er in sommige gevallen iets aan deze schadelijke publicatie te doen en wel met hulp van de AVG (Algemene verordening gegevensbescherming).

Faillissementspublicatie op Rechtspraak.nl

Alle faillissementsverslagen worden online gepubliceerd in het Centraal Insolventieregister (‘CIR’). Dit register is digitaal toegankelijk op insolventies.rechtspraak.nl. De informatie over het faillissement is tot 6 maanden na beëindiging van het faillissement in het CIR beschikbaar. Als ondernemer word je na deze termijn dus niet langer met de CIR-publicatie geconfronteerd.

In het register wordt onder andere de naam van de gefailleerde partij (een natuurlijk persoon of een rechtspersoon, ook wel de ‘failliet’ genoemd) opgenomen. Hierdoor kan er sprake zijn van een verwerking van persoonsgegevens (artikel 4 lid 1 en 2 AVG). Dit is een rechtmatige verwerking van persoonsgegevens, aangezien de verwerking van het CIR berust op een wettelijke verplichting (artikel 6 lid 1 onder c AVG).

De persoonsgegevens worden door het CIR met verscheidene waarborgen omkleed, waardoor de publicatie onder andere niet wordt geïndexeerd door Google. De publicatie verschijnt daardoor niet in de lijst met zoekresultaten na een zoekopdracht op jouw (bedrijfs)naam. Een publicatie in het CIR is helaas niet te vermijden, maar doordat de informatie niet in de zoekresultaten verschijnt blijft de schade voor je reputatie bij deze publicatie gelukkig beperkt.

Doorplaatsingswebsites

Voor veel gefailleerden blijft het helaas niet bij de publicatie in het CIR. De bekendmaking door de overheid in het register, leidt in veel gevallen tot doorplaatsing op andere websites. Websites zoals faillissementsdossier.nl, faillissementen.com en drimble.nl halen de door de overheid beschikbaar gestelde gegevens automatisch op en verwerken die in een publicatie op hun eigen website.

Deze ‘doorplaatsingswebsites’ houden zich over het algemeen niet aan de termijn van 6 maanden, als zij überhaupt een publicatietermijn hanteren. Voor veel (zowel zakelijk als persoonlijke) gefailleerden betekent het dat de informatie over hun faillissement voor onbepaalde tijd voor iedereen toegankelijk is.

Een tweede probleem van deze doorplaatsingswebsites is dat de actuele stand van zaken van het faillissement door veel websites uit het oog wordt verloren. Zo wordt bijvoorbeeld alleen de faillissementsverklaring gepubliceerd en niet de beëindiging van het faillissement. Voor bedrijven die een doorstart maken, of als er sprake is van overname van de handelsnaam uit een failliete boedel, kan dit voor grote problemen zorgen.

Het derde en belangrijkste probleem is dat bij dit soort websites de informatie wél geïndexeerd wordt door zoekmachine-exploitanten (Google, Bing, Yahoo etc.). Na een zoekopdracht verschijnt de informatie over het faillissement, zelfs 10 jaar na dato, nog bovenaan in de lijst met zoekresultaten. Potentiële klanten zullen aan de hand van deze informatie wellicht de beslissing maken om niet met je in zee te gaan. Terwijl je niet eens de mogelijkheid krijgt om de situatie uit te leggen.

Steun vanuit de AVG middels het ‘recht om vergeten te worden’

Ook de doorplaatsingswebsites verwerken persoonsgegevens. Hun verwerking valt in beginsel onder het toepassingsbereik van de AVG. Dit betekent dat de gefailleerde enkele rechten toekomen. Met een beroep op een van deze rechten kan de AVG mogelijk hulp bieden aan de gefailleerde en diens reputatie beschermen.

Een van de rechten die de gefailleerde ondernemer toekomt is het ‘recht om vergeten te worden’, opgenomen in artikel 17 van de AVG. Voor de toepassing van artikel 17 AVG moet een afweging gemaakt worden tussen het recht op privacy van de betrokkene enerzijds en het gerechtvaardigd belang van de gegevensverwerker anderzijds. Bij webpagina’s en zoekmachine-exploitanten is dit vaak een economisch belang.

Daarnaast speelt het belang van de internetgebruikers die mogelijk toegang willen krijgen tot de desbetreffende zoekresultaten een rol. Daarbij geldt dat het recht op privacy van de betrokkene in beginsel zwaarder weegt dan het belang van de zoekmachine-exploitant of de internetgebruikers (Hoge Raad 24 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:316, ro. 3.5.4 tot en met 3.5.6).

Natuurlijke personen en rechtspersonen

In 2016 oordeelde de Raad van State dat persoonsgegevens in online faillissementsverslagen een onaanvaardbare inbreuk zijn op het recht op privacy van de desbetreffende natuurlijke persoon (RvS 19 oktober 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2743). Uit deze uitspraak lijkt dus te volgen dat online publicaties automatisch een onaanvaardbare inbreuk op de privacy van de failliet opleveren. Gegevensverwerkers gaan hier helaas niet altijd in mee. Een belangenafweging op grond van artikel 17 is daarom nog steeds van belang.

De AVG is gericht op de privacy van natuurlijke personen. Wanneer er sprake is van een persoonlijk faillissement dat meer dan 6 maanden geleden is beëindigd, is de kans groot dat de destijds gefailleerde een succesvol beroep op artikel 17 AVG kan doen. Het faillissement is na deze 6 maanden namelijk ook niet meer te vinden in het Centraal Insolventieregister. Volgens de wet is de publicatie van het faillissement zes maanden na de beëindiging van het faillissement niet langer relevant om ter kennis van het publiek te stellen. Het privacybelang van de gefailleerde zal in dat geval dus zwaarder wegen en moet een verwijdering van de faillissementspublicatie tot gevolg hebben.

Als de termijn nog niet is verstreken, is een beroep op artikel 17 nog steeds mogelijk. De slagingskans van zo’n verzoek wordt wel minder, omdat de publicatie nog toegankelijk is via het CIR. De overheid acht de informatie in het CIR zodoende nog relevant voor het publiek. Hetzelfde geldt mogelijk ook voor de informatie op de doorplaatsingswebsites. Maar tussen het CIR en de doorplaatsingswebsites zit een belangrijk verschil, namelijk dat – zoals eerder benoemd – de publicatie in het CIR met waarborgen is omkleed, waardoor de publicatie onder andere niet wordt geïndexeerd in de lijst met zoekresultaten. De publicatie op de doorplaatsingswebsite bevat daarentegen geen enkele waarborg. Er wordt op geen enkele manier rekening gehouden met de privacy van de gefailleerde. De informatie wordt bovendien geïndexeerd door de zoekmachines.

Het privacybelang van de gefailleerde wordt door het ontbreken van deze waarborgen groter, wat de kans op een succesvol verzoek eveneens vergroot. Bovendien bestaat er geen noodzaak voor de internetgebruikers tot toegang tot deze informatie, aangezien de informatie over het faillissement nog steeds toegankelijk is voor internetgebruikers via het CIR. Van een publiek belang is daardoor niet altijd sprake, wat een succesvol beroep op het vergeetrecht mogelijk maakt.

Bescherming van je persoonsgegevens

Iedereen heeft recht op bescherming van zijn persoonsgegevens. Het recht op bescherming van persoonsgegevens is een grondrecht. Dit recht geldt ook voor gefailleerde natuurlijke personen. Gedurende het faillissement en de 6 maanden na beëindiging van het faillissement is het voor schuldeisers en overig publiek van belang om kennis te kunnen nemen van het faillissement. Tijdens deze periode wordt informatie over het faillissement daarom gepubliceerd in het Centraal Insolventieregister. Deze informatie blijft gelukkig niet oneindig online beschikbaar. De wetgever heeft bepaald dat 6 maanden na de beëindiging van het faillissement deze informatie niet langer relevant is en daarom uit het CIR verwijderd moet worden.

Doorplaatsingswebsites kunnen na deze 6 maanden, en in bepaalde gevallen al eerder, met een beroep op artikel 17 AVG verzocht worden de publicatie op hun website te verwijderen. Hetzelfde geldt voor zoekmachine-exploitanten.

Je hoeft als gefailleerde dus niet tot in de eeuwigheid met je faillissement geconfronteerd te worden. Je kunt na een geslaagd beroep op artikel 17 AVG weer met succes aan je  online reputatie werken.

Desalniettemin verschillen de kansen op succes per geval. Er moet daarom goed worden gekeken naar de desbetreffende omstandigheden, idealiter met hulp van een expert, voordat er een verzoek wordt ingediend bij een gegevensverwerker.