Inspiratie, Verdieping

Kleine data worden groot: de toekomst van het internet

0

Chinese varkens en Amerikaanse tienermoeders lijken op het eerste gezicht maar weinig met elkaar gemeen te hebben. Op het tweede gezicht evenmin. Wat hen verbindt speelt zich dan ook achter de schermen af: de opkomst van een nieuwe fase van het internet, waarin Big Data en het ‘Internet of things’ samenkomen. En dit nieuwe internet is in gevaar om een gevaar te worden.

Tienermoeders en Chinese varkens

In dit artikel in de NY Times wordt beschreven hoe de Amerikaanse supermarkt Target – gewapend met een gigantische hoeveelheid data en een klein legertje statistici – op basis van de inhoud van een winkelmandje een zwangerschap al in een vroeg stadium kan herkennen. Bijvoorbeeld van een Amerikaanse tiener, die na een serie persoonlijke advertenties over luiers gedwongen werd om de geheime zwangerschap op te biechten aan haar geschokte ouders: kleine data worden groot. Aan de andere kant van de wereld worden Chinese varkens – onder aanvoering van IBM – voorzien van sensoren, zodat de beesten vanaf de stal, via het slachthuis en het transport tot de kotelet in de supermarkt te traceren zijn met gedetailleerde informatie voor klanten en toezichthouders.

De toekomst van het internet

In het toekomstige internet, waarvan de contouren langzaam maar zeker zichtbaar worden, zijn deze twee ontwikkelingen – Big Data en The Internet of Things – onlosmakelijk met elkaar verbonden in een groot en complex ecosysteem. In dit systeem worden data verzameld aan de hand van ons internetgebruik, onze activiteiten op sociale netwerken, smartphones en via de vele sensoren uit de fysieke wereld. Het is deze datastroom die de basis vormt van Big Data, een datastroom (of een stroom van verschillende datastromen) die op zichzelf – zonder duiding – nog weinig te bieden heeft. Maar op basis van analyse ontstaat informatie die we kunnen gebruiken, waardoor de data waarde krijgen. Dit hoeft overigens niet altijd informatie te zijn die wij van een beeldscherm aflezen. De uitkomst van de analyse – zoals bij de Google Car kan ook zonder menselijke tussenkomst direct omgezet worden in actie: een bocht naar rechts of het afremmen voor overstekende fietsers. Dit internet is een perpetuum mobile van input en output waarvan data de grondstof is.

Datadromen en -nachtmerries

In rapporten van de Europese Commissie tot McKinsey wordt de innovatieve kracht van dit toekomstige internet bezongen – de potentie lijkt oneindig. Maar de gouden toekomst is niet zo zeker als ze lijkt. Een essentiële vraag is hoe we zorgen dat al deze grootse datadromen werkelijkheid worden. En niet in een nachtmerrie veranderen.

Naarmate steeds meer producten en diensten een zeer belangrijke datacomponent krijgen, zal de impact van dit systeem steeds groter worden en tot in de haarvaten van onze maatschappij doordringen. Niet voor niets kondigde de Amerikaanse overheid onlangs aan om zo’n 200 miljoen dollar te investeren in het onderzoek naar Big Data. Het is dan ook van groot belang om een beter inzicht te krijgen in de werking van dit systeem, de stakeholders en de technologieën die hierin een rol spelen en de ontwikkelingen die hierin te herkennen zijn.

De manier waarop dit systeem zich ontwikkelt roept ook belangrijke vragen op met betrekking tot de innovatieve kracht van het toekomstige internet. Zoals in dit artikel beschreven, is aan de hand van het DNA van webinnovatie te zien hoe de ontwikkeling van het internet verschillende fases heeft gekend; technologische innovatie – bouwen en sleutelen (Web 1.0) – en sociale innovatie – gebruikers gaan aan de haal met de technologie en zorgen voor de grote veranderingen (Web 2.0) – wisselen elkaar af in steeds kortere cycli. Beide componenten zijn van groot belang. Zo werd met Web 2.0 door sociale innovatie de potentie van de technologische infrastructuur, die met Web 1.0 was neergelegd, pas ten volle benut.

DNA van webinnovatie

Momenteel vinden de belangrijkste ontwikkelingen met het oog op het toekomstige internet (het Internet of things en Big Data) opnieuw plaats op het technologische vlak, het domein van de ingenieurs en de programmeurs (web 3.0), veelal buiten het gezichtsveld van consumenten, die weinig meekrijgen van de toenemende complexiteit aan ‘de achterkant’ van dagelijkse diensten en producten.

De rol van gebruikers wordt steeds minder belangrijk

Een volgende fase van sociale innovatie, die gedreven wordt door gebruikers en die de potentie van de nieuwe technologie weet te benutten, is echter niet vanzelfsprekend. Het systeem wordt namelijk steeds complexer en de rol van de gebruiker hierin wordt steeds minder belangrijk, naarmate het systeem op basis van een alsmaar toenemende intelligentie (op basis van een alsmaar groeiende stroom data) steeds meer autonoom gaat handelen. Het future internet dreigt zich daarmee te ontwikkelen tot een gigantische black box die zelfs door experts maar moeilijk begrepen wordt. Momenteel worden data-opleidingen uit de grond gestampt om maar genoeg mensen klaar te stomen om die black box te besturen. Maar voor de gewone gebruikers zal de technologie steeds verder uit het zicht verdwijnen.

Reeks artikelen

In een reeks geplande artikelen zullen we ontwikkelingen rondom het toekomstige internet, big data en de rol van de gebruiker daarin in meer detail gaan beschrijven. Allereerst zullen we nadrukkelijker ingaan op de ontwikkeling van het hierboven beschreven ecosysteem, dat draait op Big Data en gebaseerd is op de digitalisering van de fysieke wereld en de ontwikkeling van dataproducten, die zowel informatie als actie als output opleveren. Vervolgens zullen we in meer detail ingaan op de werking van het systeem, wat we omschrijven als het ‘data value creation network’, en de organisaties die daarin een grote rol spelen.

Tot slot bespreken we de hierboven gestelde vraag; hoe de innovatie van het internet – en met name de rol van sociale innovatie en dus de gebruiker – gewaarborgd kan worden, naarmate het systeem steeds complexer wordt. Hoewel de Chinese varkens moeilijk te redden zijn, is het wellicht wel mogelijk om als tiener nog iets te verbergen voor je ouders.