Innovatie

Online magazines: het draait om de content!

0

De beste content wordt nog steeds voor papier gemaakt. Magazines worden volgeschreven met diepgravende artikelen, hele foto-crews worden naar tropische oorden gestuurd om de mooiste reportages te maken, columnisten delen keer op keer hun meningen met ons en alles verdwijnt na een week in de papierbak. Alsof het allemaal nooit heeft bestaan. 

Als iets niet fysiek is, niet tastbaar is dan is het niet echt; nog steeds zijn er genoeg mensen die dat vinden. Een artikel op een website is toch niet hetzelfde als een papieren magazine dat je kunt aanraken, kunt ruiken en, ja wat eigenlijk? Wat kun je nu met zo’n ding? Een keer lezen en daarna gooi je het weg. Of je bewaart het en gooit het na een paar jaar weg. Maar dat goede interview of die prachtige reisrapportage die je toentertijd hebt gelezen (was het nu de Seychellen of Micronesië waar je nog altijd eens heen moest), dat vind je nooit meer terug.

Een bladzij omslaan op een iPad

Bladeren op een iPad is niet hetzelfde als bladeren in een echt boek

Bladeren

Er zijn genoeg pogingen gedaan om magazines te digitaliseren en net als bij boeken lukt het maar niet echt om het oude los te laten en op zoek te gaan het nieuwe, naar verbeteringen. Er zijn voorbeelden van magazines die in Flash gemaakt worden zodat ze er echt uitzien, inclusief bladerinteractie. Dat ziet er misschien wel prachtig uit, maar het is verschrikkelijk onhandig met een muis. De belangrijkste eigenschap van een magazine is het bladeren, dachten de ontwerpers.

Kopen

Op de iPad kun je digitale versies van papieren magazines lezen. Prachtig vormgegeven zoals het origineel, met een inhoudsopgave en een colofon. En, iets dat niet in het origineel zit, een handleiding. Er wordt zo krampachtig vastgehouden aan de indeling en interactie van een magazine, er wordt gezocht naar letterlijke vertalingen naar de iPad. En dat resulteert inderdaad in een ding waar je een handleiding voor nodig hebt. De belangrijkste eigenschap van een magazine is de indeling, dacht men.

Het web

Je ziet ze gelukkig ook wel, magazines en kranten die al hun artikelen gewoon online zetten, niet op zoek gaan naar analogieën met papier en die hun kwaliteitscontent proberen te behouden. Je kan niet bladeren maar je kan wel tekst selecteren, kopieren, delen, quoten. Er is geen inhoudsopgave, maar elk artikel heeft wel een eigen URL die je kunt bewaren, kunt mailen of kunt twitteren met een meninkje er bij. Bovendien heeft Google het gewoon geïndexeerd, dus je kan het ook nog eens terugvinden mocht je het weer eens nodig hebben. Deze artikelen zijn niet verdwenen in de papiercontainer, ze bestaan.

Content

De content, daar gaat het over; en dat de content gelezen wordt, gedeeld wordt, dat meer mensen het lezen, dat er over gepraat wordt, dat er uit gequote wordt. Dat mensen linken naar die prachtige fotoreportage (en naar die video!). Maar misschien wel belangrijker: dat je na een jaar dat topartikel nog steeds kunt lezen, nog eens kunt nagaan hoe het ook al weer precies zat en dat je er dan nog steeds over kunt twitteren.

De website van de Boston Globe past zich aan aan de gebruiker.

Maar hoe dan wel?

Alle gebruikers zijn gelijk in de papieren wereld, een magazine zal zich niet aanpassen aan een individu. Op het web bepaalt iedereen zelf hoe zij jouw topartikel leest of jouw video bekijkt, met een tablet, een ouderwetse PC, een mobieltje of misschien wel op een eReader: de controle over hoe onze content er exact uit ziet zijn we kwijt. Dit kun je als een probleem zien en je kunt krampachtig proberen om je magazine op elk van deze apparaten er exact hetzelfde uit te laten zien, maar je kunt deze verschillen ook gewoon accepteren en de uiteenlopende kwaliteiten van al deze apparaten gebruiken om de content nog beter te maken.

Mensen met een oude browser krijgen het artikel te lezen en de foto’s te zien, op je iPad verschijnt er een making-of filmpje bij; slechthorenden en Google krijgen een transscript van de film, blinden en Bing krijgen een omschrijving van de foto’s en mobiele gebruikers krijgen een kaartje te zien van de locatie van het artikel ten opzichte van de plek waarop je je nu bevindt. Als je een touch-apparaat hebt, verandert de simpele serie met foto’s in een mooie, touchbare slideshow en natuurlijk worden alle linkjes iets groter zodat je ze met je dikke vingers aan kunt raken. Op een klein schermpje staat alle content gewoon onder elkaar en op een groot scherm misschien wel over meerdere kolommen. En zo kan ik wel even doorgaan, meer dan genoeg apparaten, mensen en machines om toffe dingen voor te verzinnen.

Een website

Een gewone website dus. Maar dan een hedendaagse, een website die niet primair draait om de vormgeving en die niet draait om de extra features die we nu op websites zien. De verhouding tussen de echte content en andere zooi is zoek. Kijk eens naar een willekeurige krantensite: een logo, een hoofdnavigatie, een hele trits banners, blokken vol met gerelateerde content, widgets, headlines, meningen, social media knoppen; en daar ergens in die brij staat het artikel waar iemand naar op zoek was. Enorme bedragen worden er besteed aan het maken kwaliteitscontent en wat doen we er mee? We maken het secundair en we verstoppen het.

De goede content is er, de mensen zijn er, al die verschillende apparaten zijn er; het enige wat nog lijkt te ontbreken zijn de magazines zelf. Verdiep je in de mogelijkheden van de hedendaagse webtechnieken (echt waar, er is zo veel meer mogelijk dan je denkt), verdiep je in de mogelijkheden van al die verschillende apparaten – vergeet vooral de mensen die alles gebruiken niet – en laat deze kennis los op je content. Ik kijk er naar uit.