Inspiratie

Artificial intelligence: waarom we nu in actie moeten komen

0

Het is belangrijk dat we ons in Nederland gaan realiseren dat de ontwikkeling van artificial intelligence (AI) vroeg of laat grote invloed krijgt op ons dagelijks leven. Daarom moeten we het bewustzijn over de positieve en negatieve mogelijkheden van AI vergroten. Daarnaast moeten we de discussie voeren over hoe AI wordt ontwikkeld en wordt ingezet, en welke maatschappelijke impact dit heeft. Hoewel het gevoel van urgentie toegenomen lijkt te zijn, staan we nog aan het begin van een inhoudelijke discussie, zowel op academisch vlak als in het bedrijfsleven. Voordat we hier verder op ingaan willen we jou, de lezer, uitdagen om hierover na te denken. Hoe verwacht je dat AI jou in de toekomst zal beïnvloeden? Hoe ervaar jij het gesprek hierover in jouw bedrijf, als dit gesprek plaatsvindt?

Stellen dat AI een hot onderwerp is dekt de lading al lang niet meer. Google’s CEO Sundar Pichai noemde de ontwikkeling van AI het meest belangrijke onderwerp waar de mens aan werkt, met een grotere impact dan bijvoorbeeld elektriciteit of vuur.

Ook dichter bij huis wordt dit sentiment gedeeld. Zo spraken we recentelijk op een #ShapingDigital-discussieochtend over de ontwikkeling van AI met Bob de Wit, hoogleraar aan de Nyenrode Business Universiteit. Hij beredeneerde dat de invloed van AI een maatschappelijke revolutie aan het inleiden is die een impact gaat hebben die minstens net zo groot is als de industriële revolutie zo’n 250 jaar geleden. Ook in een recent rapport van het World Economic Forum (pdf) over de banen van de toekomst wordt genoemd dat de impact van artificial intelligence op onze manier van werken qua grootte te vergelijken is met de industriële revolutie.

industrie

Foto: Frans Van Heerden via Pexels

Optimisten en pessimisten

Steeds meer mensen worden zich bewust van de grote gevolgen van deze ontwikkeling. Daardoor is een discussie ontstaan waarvan de deelnemers grofweg in twee kampen van uitersten zijn in te delen. Er zijn AI-optimisten en AI-pessimisten. Hierin wordt kunstmatige intelligentie ofwel gezien als het begin van een technologische utopie, waarin grote wereldproblemen verleden tijd zijn. Of juist als het instrument waarmee het einde van de menselijke beschaving wordt ingeluid.

Er is een discussie ontstaan waarvan de deelnemers grofweg in twee kampen van uitersten zijn in te delen. Er zijn AI-optimisten en AI-pessimisten.

Door deze discussie op het vlak van uitersten te voeren, kan het besef over de grote potentie van AI ondersneeuwen. Daardoor wordt de ontwikkeling gehinderd. Dat neemt niet weg dat het belangrijk is om te erkennen dat bezorgdheid over de toekomst van AI wel degelijk valide is. De technologie kan op een verkeerde manier worden ingezet, en dus is zorgvuldigheid gewenst. Zowel bij het bepalen van de doelen van AI, als bij het trainen van de algoritmes waarop AI draait. Hierbij moet bijvoorbeeld menselijke discriminatie zoveel mogelijk uitgesloten worden, en transparantie juist bevorderd.

Het belang van meekomen

Als we in Nederland de potentie van AI gaan erkennen, is het ook belangrijk om ons realiseren hoe belangrijk het is om als land niet achter te lopen op andere meer vooruitstrevende landen. Juist bij de ontwikkeling van AI is het cruciaal om zo snel mogelijk te beginnen. AI verbetert zichzelf aan de hand van feedback-data. Als eenmaal een achterstand is opgelopen, is het lastig om deze in te halen.

Bij de Nederlandse student lijkt de interesse in AI inmiddels gewekt. Voor het eerst zijn er meer aanmeldingen dan beschikbare plekken voor AI-gerelateerde studies. Tegelijkertijd is er wereldwijd een wedloop gaande om AI-talent in te lijven. Dit leidt tot een braindrain in de wetenschap in Nederland. Professoren worden door buitenlandse bedrijven en universiteiten weggeplukt, zo schreef het NRC in augustus. Het tekort aan studieplekken dreigt daarmee alleen maar groter te worden. Eerder dit jaar presenteerde Frankrijk een ambitieus ontwikkelingsplan, waarmee president Macron leiderschap toont. Hoewel de eerste stappen gezet zijn, ontbreekt dergelijk leiderschap in Nederland.

Neem een voorbeeld aan Canada

Bij het ontwikkelen van een ontwikkelingsplan zouden we een voorbeeld kunnen nemen aan Canada. Traditioneel gezien was Canada vooral op academisch vlak een voorloper op het gebied van AI. Toen men in de VS en met name in Silicon Valley echter de commerciële waarde van AI begon in te zien, werd het talent weggekocht. Om dit tegen te gaan heeft de Canadese overheid een duidelijke AI-visie ontwikkeld, met een vooruitstrevend onderzoeksinstituut als gevolg. Inmiddels stijgen de investeringen in start-ups, het aantal vestigingen van multinationals met AI-projecten, studie-aanmeldingen en het aantal professoren allemaal sterk. Daarnaast is het land actief bezig met het aantrekken van buitenlands talent.

Wat kan het bedrijfsleven doen?

Het Nederlandse bedrijfsleven zou ook meer actie kunnen ondernemen om een voorloper te worden op het gebied van AI. Momenteel wordt al langzaam geëxperimenteerd met toepassingen als chatbots, maar veel verder gaat deze ontwikkeling nog niet. Volgens ons is het belangrijk dat bedrijven AI niet slechts zien als een technologie om te verwerken in enkele producten. Maar er moet nagedacht worden over hoe AI een integraal onderdeel van de organisatie kan worden.

Data als fundering van het geheel

Een vergelijkbaar onderwerp is hoe bedrijven praten over het toepassen van data. Wij merken dat data vaak buiten het bedrijf wordt geplaatst, en slechts een ondersteunende rol speelt. In plaats daarvan kan data ook de fundering van het geheel zijn. Dit kun je vergelijken met hoe bedrijven enkele jaren geleden inspeelden op ontwikkelingen rondom mobile. Vaak werd een app ontwikkeld, waarna bedrijven dachten klaar te zijn. Inmiddels zijn consumenten zich door mobile echter op een heel andere manier gaan gedragen. Als we de voorspellingen mogen geloven, zal de introductie van AI een nog veel grotere impact hebben op het consumentengedrag.

Waar is de langetermijnvisie?

Om hierop voorbereid te zijn, is een concrete langetermijnvisie nodig. Bij menig bedrijf waar wij actief zijn, ontbreekt deze visie. Op bestuursniveau wordt besloten dat een digitale transformatie binnen het bedrijf nodig is of ontstaat gevoel van urgentie om in data te investeren, maar dit wordt zelden concreet uitgewerkt. Het is lastig om een breed draagvlak voor verandering te creëren zonder een visie waarin de hele organisatie wordt meegenomen, en een programma waarmee het kennisniveau van werknemers omhoog wordt gebracht.

Begrijpen alle niveaus in de organisatie artificial intelligence, of het belang en de mogelijkheden van data? Aandacht en tijd, gelegenheid, is hierbij essentieel. Het nu al meest gehoorde obstakel om tot actie over te gaan is, het zal niet verbazen, ‘de waan van de dag’. Onderdeel van deze aandacht is het toewerken naar een mindset waarbij het gebruik van digitale technologie centraal staat. Het belang van het ontwikkelen van deze manier om naar uitdagingen te kijken wordt nog wel eens onderschat, hoewel de winst enorm kan zijn.

Leren denken in data

Een goed voorbeeld is hoe luchthavens omgaan met de toenemende passagiersstromen. Wanneer het druk wordt, is een logische eerste gedachte om meer personeel in te zetten. Op basis van data kun je echter voorspellen waar het wanneer druk wordt, waarmee je bijvoorbeeld looproutes kunt aanpassen. Zonder dat passagiers het doorhebben. Door met een mindset waarin je ook digitale oplossingen meeneemt naar oude problemen te kijken, kun je een nieuwe oplossing vinden.

Om nog een stap verder te gaan: we kunnen ook nadenken over hoe we data kunnen gebruiken om nieuwe diensten en producten te creëren. Neem een postbode die toch al langs de huizen gaat. Hij kan tegelijkertijd data verzamelen over de inwoners, de staat van het huis, of overige gegevens waar een ander bedrijf geïnteresseerd in is. Leren denken in data lijkt een essentiële stap om je op AI te kunnen oriënteren.

Leren denken in data lijkt een essentiële stap om je op AI te kunnen oriënteren.

De discussie over AI wordt in Nederland momenteel voornamelijk gevoerd door AI-optimisten en AI-pessimisten. De impact van artificial intelligence is echter een feit. Daarom kunnen we het beter hebben over welke mogelijkheden AI biedt en wat we er wel of niet mee willen bereiken, dan of het wel of niet een goede ontwikkeling is. Om geen onoverbrugbare achterstand op te lopen, moet een concrete visie worden ontwikkeld waarin mensen van verschillende niveaus worden meegenomen. Zowel op academisch, landelijk en organisatorisch niveau.

Neem deel aan de discussie!

Om het gesprek over deze visie te stimuleren nodigen wij lezers van dit artikel uit om zich te verdiepen in AI (pdf), en daarna deel te nemen aan de discussie.

Welke grote vraagstukken denk jij dat er door AI opgelost kunnen worden? Welke ideeën voor mogelijkheden en overige gedachten spelen er over AI? We horen jullie mening graag.

Headerfoto: Bruno Martins via Unsplash.